Lelijkemensendag

Het overkomt iedereen een paar keer in z'n leven. Soms voor de spiegel in 't grauwe ochtendlicht: "Yuk, geen gezicht. Verschrikkelijk". Dat geldt dan voor een persoon.
Er zijn dagen dat iedereen die spiegel gebruikt heeft. Het gevolg? 
De hele dag overal wanhoop en misere: "Lelijkemensendag". Dan is ook alles mis, mank, scheel, krom of gewoon niet goed wijs. Het oog mikt als het ware vanzelf op afwijkingen, rare groeisels en andere opvallende kenmerken. Klaar ben je op zo'n dag. Als anderen dat ook hebben ben je zelf in beeld, dus u weet hoe het werkt.

Zo'n "Lelijkemensendag" trad op tijdens een openbare rommelmarkt in het centrum van een niet nader te noemen, maar toch niet onbesproken plaats - een uur, anderhalf uur verderop.
Het kwam door de rommelmarkt zelf, echt rommel en prullaria. De boeken gingen slecht van de hand. Slechts een buitenlander zocht Engelstalige boeken en iemand die nog echt 'stillezen' had geleerd, ging ook gelukkig weg met een stapel boeiend leesvoer.\

Een mevrouw die de tijd en gelegenheid had om tijd 'te verdoen', schafte zich een kilootje flutrommannetjes aan. Toen hield het op. Wat stoelen, een wormstekig spinnewiel met een bloedvlek van een meisje eraan en enig pruttelspul gingen nog van de hand. 

De prijzen waren flink lager dan op de wekelijkse rommelmarkt in de bloemenveiling te Eelde.
Vervolgens was het nog uren 'mensen kijken' geblazen. Ook veel rommel en weinig opbeurende schoonheid. Amper een glimlach, geen schaterend wicht, geen olijke baardmans of snorrenkop. 

Tijdens het publiek kijken werd een Noordelijke traditie beoefend: opvallende kenmerken waarnemen en in bijnamen vatten. Pé Daalemmer en Rooie Rinus maakten er ooit een nummer over "Hé, doe!". 
Het Nederlands Scheldnamenboek 'Luilebol!' van Heestermans heeft een aparte categorie 'uiterlijk'. 

Het geven van bijnamen is een bekend fenomeen, vooral als er lichamelijk opvallende kenmerken zijn. Sommigen werden beroemd onder hun bijnaam: Manke Nelis, de Kromme, Schele Mie, Dik & Dun en mr. Big Lips (Mick Jagger).
 Elk achterend van een dorp kent wel een 'gekke Marietje'. 

Iemand die overleden is, werd 'Aopie' genoemd. Onlangs werd hij in herinnering geroepen, maar omdat de naam even ontschoten was, volgde determinatie naar zijn opvallend kenmerk. Ja, en toen wist iedereen het weer en ging het gesprek verder over z'n verdiensten.

Bijnamen zijn handig om leden van grote families uit elkaar te houden. In menig dorp bestaat een bijnamenboek, maar nooit compleet. De meest schunnige scheldnamen zijn overgeslagen. Sietske Traonoge, Henderk Schele en Joggum Kwaalster (bekende Muntendamse typen) zijn heldere en onschuldige bijnamen. 
Er wordt wel gemoderniseerd in dit genre, want brillesmurf, beugelbek, meloenekop en vetso (van 'fatso', dik type) zijn van deze tijd.

De Drentse dorpen gaven elkaar ook scheldnamen: zoeplappen, stalpaolen (stug en stief volk), ossen, beren, veenkloeten, poepen (allemaal bonkig, 'dom' volk), bekkensnieders (een paar dorpen waren er berucht om), knienen, aolkoppen of koesteerten. 
Zo bekeken kan het hier elke dag "Lelijkemensendag" worden. Wat 'n rommel! Op onze Lelijkemensen-marktdag betrok de lucht. Mensen trokken een nog lelijker gezicht en jawel: ook (ge)rommel in de lucht.

Jan Tuttel

eerder verschenen in 't Nieuwsblad van het Noorden, 19 september 2000

 


Copyright 1995 - 2008 Han Tuttel. All rights reserved.
This material may not be published, broadcast, rewritten or redistributed in any form, including digital,
without the prior consent and written agreement by the author.