Oppervlakkig draagvlak

Een vliegtuig heeft vleugels, wat men als draagvlakken kan beschouwen. Het vliegbedrijf zelf, de luchtvaart, heeft maar één draagvlak nodig. Dat is het maatschappelijk draagvlak.

Deze tak van vervoer, het transport door de lucht, is vergeleken met de scheepvaart zeer jong. Onze oudste boot (die 'van Pesse') ligt in het Drents Museum. Men gunt hem zo'n 8000 jaar ouderdom.
De officiele gemotoriseerde luchtvaart is pas in 1903 begonnen. Over een paar jaar vliegt, exact op de plek waar de familie Wright hun bouwsel van latten, draden en doekbespanning de lucht inkregen, weer een identiek nagebouwd vliegtuig. Die fietsenmakers annex vliegtuigbouwers hebben hun eerste experimenten nooit beschreven, zodat de pionierervaringen toch proefondervindelijk moeten worden getoetst. Dat gebeurt precies honderd jaar na dato, weer op hetzelfde veld. Het valt thans onder de National Park Service, die hiervoor toestemming verleent.

Ongeveer dertig jaar later ontwikkelde de luchtvaart zich tot een echte bedrijfstak. Maar niet zonder moeite, want vliegen door de lucht? Nou, als dat maar goedging.
De auteurs van het boek 'De Weg door de Lucht, het moderne snelverkeer' schreven in 1927 dat de ontwikkeling van de luchtvaart nog maar kort is en "nog in het teken staat van records". Maar ze "hopen van harte dat het boek tot popularisatie van de luchtvaart moge bijdragen, opdat men door betere kennismaking een juister oordeel moge verkrijgen". Later (1934) leeft heel Nederland mee met de luchtrace Londen-Melbourne, waar het KLM-toestel 'Uiver' aan deelneemt.
In 1938 demonstreren meer dan tienduizend Amsterdammers op Schiphol voor het behoud van hun Luchthaven.. De regering wilde een 'centraal vliegveld' bij Leiderdorp aanleggen.
Het maatschappelijk draagvlak was duidelijk.

De luchtvaart is tot een onmisbare vorm van transport uitgegroeid. Wereldwijd worden jaarlijks ruim 1,5 miljard tickets verkocht. Over de hele wereld werken meer dan 24 miljoen mensen in de luchtvaartsector. Bij zo'n grote business komen lokaal weerstanden voor, zoals blijkt uit protesten bij vliegvelden.

De Open Dagen met vliegdemonstraties van de KLu trekken overigens twee- tot driehonderdduizend bezoekers. Iedereen maakt -op soms onverwachte en onvermoede wijze- gebruik van luchtvervoer ( post, cheques, bloemen, reizen, technische en computeronderdelen), maar wil wel de lusten, niet de lasten. Het lijkt op de houding van de oude adel in hun kastelen. Wel bedienden aan het werk hebben, maar ze niet willen zien of horen (Kasteel Sandringham van de Britse koninklijke familie heeft dubbele muren, met een gangetje ertussen voor personeel dat ongezien de haard 'van achter' moet bijvullen).

In Norg klinkt gemor tegen het vliegverkeer, elders kunnen enkele mensen wel duizend keer achter elkaar klagen. Geen draagvlak voor luchtvaart te bespeuren. Voor hen is er hoop. Er wordt gewerkt aan de invoering van luchtschepen 'als innovatieve vervoersmodaliteit'. Het 'Platform Luchtschepen' werkt aan het bevorderen van toepassen van luchtschepen als economisch haalbare en milieuvriendelijke vorm van transport.
In het Noorden is de 200 meter lange Zeppelin al eens langs geweest (juni 1932 boven Groningen). De Luchthaven Eelde is in 1958, 1963 en in maart j.l. zelfs een tijdje de thuishaven van een 'Blimp' geweest. Dat kon allemaal rekenen op een groot maatschappelijk draagvlak.

Jan Tuttel

eerder verschenen in 't Nieuwsblad van het Noorden, 03 oktoberl 2000

 


Copyright 1995 - 2008 Han Tuttel. All rights reserved.
This material may not be published, broadcast, rewritten or redistributed in any form, including digital,
without the prior consent and written agreement by the author.