Goeiemorgen
en welkom bij 'Van Dingen en
Deuntjes', het maandelijks
informatief programma van
Radio Loep. Het is eind
november en we zitten volop in
de tijd van 'Zie de maan
schijnt door bomen', terwijl
het wintersterrenbeeld Orion
het schouwspel nog mooier
maakt. Alleen zingt daar
niemand over. De muziek komend
uur gaat gewoon over sterrren
en maan en de hemel zelf.
Vandaag
is het thema van de uitzending
'Hemelsbreed' en dat ìs ook
nogal wat. Het gaat over zon,
maan, sterren en planeten en
over de hemel zelf. Over ons
uitspansel zeg maar en vooral
dàt wat we bij donker kunnen
waarnemen.
Okee, het is afhankelijk van
het weer, maar dat is het
verbouwen van aardappels ook.
Maan en sterren kijken kan
echter altijd weer en overal
wel ergens. In Rusland en in
Amerika kijken ze naar
dezelfde maan, dezelfde
Poolster en hetzelfde
sterrenbeeld Orion. Voor een
lokale omroep zijn we
wereldwijd bezig, en toch
blijven we dichtbij huis. U
merkt dat straks vanzelf.
Wat
is er zo bijzonder aan de
hemel, aan de ruimte buiten de
aarde?
Eigenlijk alles, omdat het ons
bevattingsvermogen vaak ver te
boven gaat. Er zijn
sterrenstelsels ver voorbij
het punt tot waar we kijken
kunnen. Wat we zien en horen
is niet wat we nu waarnemen,
maar straling die al veel en
veel eerder als licht of
radiogolven is uitgezonden
door sterren die nu misschien
al niet meer bestaan.
Lichtjaren verweg, waarbij de
snelheid van het licht
maatgevend is voor de afstand.
Sterrenbeelden die wij een
naam hebben gegeven, zoals de
Grote beer of Orion zijn
verzinsels, want de sterren
staan niet als op een
schoolbord bij elkaar in een
zwart vlak. De ene staat
miljoenen keren verder weg
naar achteren dan zijn
buurman, maar dat merken we
niet.
Het
is zo'n spannende en boeiende
materie, dat velen zich
aangetrokken voelen tot nadere
bestudering van de ruimte en
alles wat er in rondstekkert.
In Dwingeloo is kortgeleden
het zenuwcentrum geopend voor
een centrum voor
radiosterrekunde. Door overal
ter wereld 18 grote
radiotelescopen aan elkaar te
koppelen in de computer, krijg
je een onderzoeksapparaat
waarbij je nog verder de
ruimte in kunt. Je kunt zelfs
sterrenstelsels opzoeken die
niet zichtbaar zijn.
Een maand geleden is een nieuw
melkwegstelsel ontdekt, dat
Cepheus-1 gedoopt is. Het
spiraalvormig stelsel ligt
twintig miljoen lichtjaren van
de aarde en bevat geen sterren
maar nog louter gas.
Er
is meer te ontdekken, maar het
gaat nu te ver om over quasars
en zwarte gaten te praten;
spannend is het wel. Sterren
die instorten door een teveel
aan eigen zwaartekracht,
bijvoorbeeld.
Kijk,
de zon en de maan zijn
herkenbaar. De maan is een
stukje dat bij de aarde hoort,
hij draait om de aarde en dat
duurt een maand. Er zijn
mensen op de maan geweest, dus
het is tastbare realiteit
geworden.
Niettemin
spreekt het gezicht van de
maan of het mannetje van de
maan nog steeds tot de
verbeelding. En… het stukje
maan dat nu door de bomen moet
schijnen, kan maar één kant
op wijzen. Het is de jonge
maan die laag aan de hemel
staat in deze tijd. Daarom
wijzen de puntjes naar links,
je kunt er de P van maken.
Moet je naart de reclames
kijken welke maan ze
gebruiken. Klopt het?
Wat
gebeurt er verder in deze
uitzending?
We
gaan ruiken eerst aan
sterrenkunde, aan de optische
astronomie, met een kijker. In
Zuidlaren staat een echte
sterrenwacht, gebouwd en
gebruikt door Gerard van den
Braak. Hij vertelt over zijn
liefhebberij en wat het
leukste is om waar te nemen.
Daarna gaan we bij de
KLM-Luchtvaartschool praten
over navigatie. De eerste
vliegtuigen die over de oceaan
vlogen, moesten hun koers
bepalen aan de hand van
sterren. Oud-docent Dries
Bulstra legt uit hoe het
sterrenschieten toen in zijn
werk ging.
Vervolgens
gaan we naar de
sterrenwichelarij, de
waarzeggerij volgens de
sterren. De astrologie laten
we links liggen. We praten met
professor Peter Starsky,
astrosoof en horoscopoligist.
Het is de nieuwste tak van
sterrenwichelen.
We eindigen echt hemelsbreed
en vragen naar het
hiernamaals. Waarom gaan
volgens de christelijke leer
de goede mensen naar de hemel?
Jan Boneschansker uit Eelde,
dominee en theoloog geeft
antwoord op die vraag.
We
hebben duisternis nodig om met
de sterren aan de gang te
gaan. Dat wordt het als de dag
voorbij is: Every day goes by,
zydecomuziek door
Rockin'Dopsy.
Nadat
de dag voorbij ging, door
Rockin' Dopsy vertolkt als
Every day goes by, kijken we
naar de sterrenhemel. Naar de
ruimte eigenlijk, het heelal,
met alles wat er in zit.
Het
blijft een moeilijke materie,
omdat verscheidene zaken ons
voorstellingsvermogen te boven
gaan. Denk maar aan dat zwarte
gat, een gebied van
ruimte+tijd waaruit niets,
zelfs geen zonlicht kan
ontsnappen, omdat de
zwaartekracht te sterk is.
Verder heb je een
neutronenster, een zogenaamde
koude ster die als hij gaat
roteren, als pulsar af en toe
radiogolven uitzendt. De
radio-astronomen - die sterren
bestuderen zonder naar hun
licht te kijken- kunnen met
zulke dingen aan het werk.
Gewone stervelingen kunnen er
minder mee. Hoewel: op 15
oktober was de geboorte van
zo'n zwart gat
voorpaginanieuws met foto en
al in het NRC-Handelsblad.
In
de krant van één augustus
1998 was eerder te lezen, dat
astronomen nieuwe aanwijzingen
hebben dat het aardse leven
oorspronkelijk uit de ruimte
stamt. Zij lokaliseerden in de
grote Orion-nevel -waarin
talloze nieuwe sterren worden
gevormd- sterke concentraties
van een licht dat de
bijzondere eigenschap heeft,
dat het in een cirkel
gepolariseerd wordt. Daarbij
kunnen moleculen als
aminozuren of suikers worden
aangemaakt, die aan de basis
van het leven liggen. Zij
kwamen niet op aarde voor ten
tijde van het begin van het
leven.
Het scenario zou dus kunnen
luiden dat deze stoffen in de
ruimte zijn omgevormd, ver
voordat ons zonnestelsel zo'n
5 miljard jaar geleden, is
ontstaan. Via inslagen van
meteorieten en/of kometen
zouden de organische moleculen
op aarde zijn terechtgekomen.
De
vermoedelijke leeftijd van het
heelal, schatten de geleerden
op zo'n 13,5 miljard jaar. De
ruimtetelescoop Hubble zag
begin oktober een der oudste
sterrenstelsels van 12 miljard
lichtjaren afstand.
Het zijn voorbeelden om aan te
geven dat astronomie een
wetenschap is, die nog veel te
ontdekken heeft. Bovendien
gaan die ontdekkingen tot op
het merg van ons aardse
bestaan. Het gaat erom hoe
tijd en ruimte en leven in
elkaar zitten.
Sterren
bestuderen en bekijken kan ook
eenvoudiger, als hobby. Gewoon
met een veldkijker het zwerk
afspeuren naar leuke sterren,
planeten en soms een komeet,
zoals vorig jaar Hale-Bopp. Er
zijn witte, blauwe, rode en
rose sterren, evenals sterren
die van kleur verschieten
zoals Sirius.
Ook
de maan is een boeiend
studieobject. Hij staat maar
400.000 kilometer van ons af;
dik vijf etmalen reizen per
Apollo-raket. Op 21 juli 1969
werd de maan voor het eerst
door mensen betreden. Wij
kunnen vanaf de aarde zien hoe
het ruimtebombardement van
miljoenen jaren geleden diepe
kraters heeft achtergelaten.
Op andere plekken vloeiden
vlakten vol met magma vanuit
de gebarsten maanbodem. Alles
vanuit eigen tuin te bekijken
met een kijker.
Als
het maar donker genoeg is -
blijft, moet je zeggen- is er
heel wat te zien. De mensen
van de Vereniging voor Weer-
en Sterrenkunde weten dat als
geen ander. Radio Loep ging op
visite bij Gerard van den
Braak in Zuidlaren en ging met
hem mee in zijn sterrenwacht.
Hij bouwt zijn eigen
sterrenwacht. Zijn fotoalbum
met opnamen van sterren, maan
en komeet Hale-Bopp is het
bewijs dat daarmee een nieuwe
wereld voor je opengaat.
Maar voor we in Zuidlaren gaan
kijken, horen we eerst Perry
Como in Catch a falling Star.
U
hoorde het verhaal van Gerard
van den Braak uit Zuidlaren
omlijst worden door Perry
Como. Hij begon met 'Catch a
falling star' en eindigde met
'Don't let the stars get in
your eyes'. Sterrenkijken als
liefhebberij, waar je wel 's
nacht voor in de weer moet. 't
Is maar even een weet. Hoewel:
de liefhebbers bereiden zich
nu al voor op de totale
zonsverduistering in Europa
van 11 augustus 1999. Die is
het beste te zien bij de
Zwarte Zee langs de
Roemeens/Bulgaarse grens, en
volgt de baan
Hongarije-Oostenrijk-Zuid
Duitsland-Noord
Frankrijk-Zuidwestelijk puntje
Engeland. Dagwerk in de
zomervakantie dus.
Maar
een mooie sterrenhemel is ook
heel wat waard.
Niet alleen om te bewonderen,
of om je angst voor het donker
kwijt te raken, zoals mij in
mijn jonge jaren overkwam. Ook
om de weg te wijzen zijn
sterren handige hulpmiddelen.
Vanouds zijn sterren en
sterrenbeelden al gebruikt bij
het bepalen van de route op
verre reizen. In de
scheepvaart en de luchtvaart
hebben ze dan over de koers.
Weten waar je heen gaat en hoe
je gaat.
Sterren
zijn prima hulpmiddelen, omdat
hun plaats en positie aan de
hemel bepaald worden door het
jaargetijde. Net als de zon
komen ook de sterren in het
oosten op en gaan in het
westen onder. In het zuiden
bereiken ze hun hoogste stand.
Bovendien vind je de Poolster
altijd in het Noorden, net als
aan de andere kant van de
wereld het Zuiderkruis het
zuiden aangeeft.
Op sterren kun je rekenen en
je kunt er mee rekenen. Een
van de vastigheden is
bijvoorbeeld dat de sterren
elke avond vier minuten
vroeger opkomen. Na een jaar
wordt dat dagelijkse verschil
24 uur. Of zoals de kenners
het zeggen: een jaar heeft 365
zonnedagen en 366
sterrendagen.
Het
herkennen van sterren,
planeten en sterrenbeelden is
natuurlijk essentieel voor de
vaststelling van je positie
bij het bepalen van je koers.
Een zeer heldere ster zal een
planeet kunnen zijn, maar
planeten hebben geen vaste
plaats aan het zwerk. Er
schijnt ooit iemand ontslagen
te zijn als piloot, die de
heldere ster Sirius
verwisselde met een planeet.
De planeet Mars is roodachtig
van kleur, maar de heldere
planeet Venus is avondster of
ochtendster waarbij
verwisseling met de planeet
Jupiter mogelijk is.
We
spreken over sterrenbeelden en
sterren 'van naam'. Officieel
hebben al die dingen een
nummer, maar we keutelen mooi
door met de Grote beer, Stier
of Steenbok.
Enkele sterrenbeelden zijn al
meer dan twee- of drieduizend
jaar bij naam bekend. Het komt
vermoedelijk doordat men
vroeger kennis mondeling
overdroeg, waarbij namen met
verhalen zorgden dat de kennis
van de sterren bleef hangen.
Zeevaarders konden zo de
sterrenbeelden makkelijker
onthouden en weervinden.
Navigeren was kijken, weten en
meten en vergelijken.
In
de zeevaart was
sterrennavigatie al vanouds
bekend. Toen ook de vliegerij
aan het grote avontuur begon
van over de wereld vliegen,
bleef men aanvankelijk dicht
bij de kust. Men hield land in
zicht voor navigatie 'op de
grond'. Toen men de
Atlantische oceaan over kon
vliegen, door grotere en
betere vliegtuigen, werd het
vliegen van een goede koers
een halszaak! En had de
sterren weer nodig, net als
bij de scheepvaart. De
navigatoren aan boord van
vliegtuigen moesten een
'sterretje kunnen schieten'.
Pas toen de techniek zover
was, dat de meteorologie en de
radionavigatie betrouwbaar
genoeg werden, kon men zonder
sterren de weg vinden.
Tegenwoordig zijn er
navigatiesystemen die 10x zo
nauwkeurig zijn.
Al schijnen de sterren nog
immer aan de hemel, de
satelliet is van groter belang
geworden.
Hoe
de sterrennavigatie in het
begin van de transatlantische
luchtvaart in zijn werk ging,
vertelt Dries Bulstra,
oud-docent aan de
Rijksluchtvaartschool en zelf
navigator geweest in die
vroege periode. Daarna draaien
we Bing Crosby met 'Swinging
on a star'.
U
hoorde na Dries Bulstra, hoe
Bing Crosby zijn eigen
filosofie had over hoe je
sterren kunt gebruiken in
'Swinging on a star'. Het is
maar hoe je er tegenaan kijkt.
Dat
geldt ook voor een andere tak
van sterrenkijken, namelijk de
sterrenwichelarij. Wat
astrologen doen en verzinnen
met sterrenbeelden en de
Dierenriem. Het begin ligt
ergens in de oude tijden toen
de studie van hemellichamen
gelijk op ging met het
toekennen van een of andere
betekenis die men er aan ging
hechten. Zo in de trant van
'het staat in de sterren
geschreven'.
Gedeeltelijk
klopte dat ook wel, want in
oude landbouwculturen was je
sterk afhankelijk van het
seizoen en het bijbehorende
weer. Het sterrenbeeld Stier
was zo'n 5000 jaar geleden
belangrijk, omdat het
lentepunt in de Stier viel.
Zodra de zon dat punt aan de
hemel bereikte, brak zowel de
lente als het nieuwe jaar aan.
Voor een landbouwcultuur was
dat een geweldig moment.
Echter, een en ander bleef
niet zo. Omdat de stand van de
aardas veranderde, verschoof
de positie van dat lentepunt.
Duizend jaar later werd de
sterrengroep de Pleiaden
daarom de brenger van het
blijde lentenieuws.
Met
andere woorden, sterren en
sterrengroepen veranderen op
zich ook wel in de loop der
tijden. Zelfs sterrenbeelden,
onze denkbeeldige patroontjes
aan het donkere hemel,
veranderen. Ons steelpannetje,
de Grote Beer, verandert nog
steeds. Over honderdduizend
jaar zal het eindstukje
handvat haaks omlaag gebogen
staan, terwijl het pannetje
een zeer plat bakje met een
zeer schuine kant wordt.
Het
is daarom zeer verwonderlijk
dat astrologen en andere
sterrenwichelaars menen op
grond van horoscopen
voorspellingen te doen. Er
bestaan geen sterrenbeelden,
want het zijn verzonnen
figuren waarmee men losse
sterren denkbeeldig met elkaar
verbond om het beeld beter te
kunnen onthouden. Per
sterrenbeeld zit er onderling
verschil in. De ster
Betelgeuze in Orion staat 9x
zo ver weg als de linker
gordelster - ze hebben
eigenlijk niks met elkaar te
maken. Het is opmerklijk hoe
de astroteuten sterren in de
strijd gooien: als
sterrenspiegel niet als
karakterschets, maar als
overtuigingspatroon van de
persoon. Of: astrologie helpt
de mens zich te bevrijden uit
het web waarin hij zich
mogelijk al zolang gevangen
houdt. Of: door het kijken
naar en het begrijpen van de
sterrentaal kun je op
snellere, efficiënte wijze
aan je evolutie werken. Ik
citeer uit recent gekochte
blaadjes…
Astrologie is een prima manier
om geld te verdienen met
sprookjes vertellen.
Het
is Radio Loep gelukt om een
wetenschapper van een nieuwe
en groeiende loot van deze
quasi-wetenschap te strikken
voor een vraaggesprek.
Professor Peter Starsky,
astrosoof en horoscopologist,
was even in Assen, op doorreis
naar een congres over het
einde van de sterren. Hij was
bereid om ons uit te leggen
dat de Dierenriem eigenlijk
niks is.
Als
troost draaien we daarna Ella
Fritzgerald met 'It's only a
paper moon'.
In
deze 'Spirit in the Sky' ter
afsluiting, vertel ik u dat
deze themauitzending
Hemelsbreed gemaakt en
gepresenteerd werd door Jan
Tuttel. De techniek deed Peter
Huitsingh.
De
heren Gerard van de Braak te
Zuidlaren, Dries Bulstra uit
Groningen en de beide huidige
navigatiedocenten van de
KLM-luchtvaartschool,
professor Peter Starsky 'van
elders' en Jan Boneschansker
uit Eelde worden bedankt voor
hun medewerking.
Volgende
maand, in december zal 'Van
Dingen & Deuntjes' gewijd
zijn aan onze feesten en
tradities. Laatste zondag van
1998, zelfde tijd, zelfde
zender.
Bedankt
voor het luisteren en tot
kijk.